Mario Been weigert zelf in de spiegel te kijken
Bron:
Voetbal International
Ik schreef deze tekst vorige week zondag een uur na de persconferentie van Mario Been, vlak na de nederlaag van Feyenoord bij Excelsior. U kent het verhaal inmiddels, het is door mijn collega's in tientallen puntige stukjes zijn geduid: de ruzie tussen Tim de Cler en zijn trainer.
Het aardige was dat ik op het moment van schrijven, nog helemaal geen achtergronden kende. Dat was heerlijk. De emotie was nog rauw. Toen ik dit schreef, liep Tim de Cler trillend van woede door het huis. Zijn vrouw keek hem angstig aan. 'Moet je echt niets eten, lieverd? Ik heb beenham.'
Hij liep naar buiten. Enkele ogenblikken later hoorde ze haar man in de schuur een stellage vol verfblikken naar voren trekken. Ze wacht even. Als het rustiger wordt, loopt ze naar het schuurtje en opende de deur.
Tim zat op een kruk en probeerde de telefoongids van Rotterdam doormidden te scheuren. Ze legde een arm om zijn schouders en hij begon schokkend te huilen. Ze fluisterde in zijn oor. 'Jongen, laat ze allemaal stikken. Pak je oude beroep weer op. Wat had je niet altijd een plezier, bij Sikmans Houtmateriaal, voor al uw houtmateriaal.'
Tims huilen ging nu over in zachtjes schreeuwen.
Ik zat nog midden in de eerste afterburn van het conflict. Ik had Been net zien spreken tijdens de persconferentie. Een wanstaltig laf trainerspraatje, waarin Tim de Cler voor een zaal vol journalisten keihard werd geslachtofferd.
Ik had het een paar keer in de herhaling teruggekeken en goed op Been gelet. Ik zag vooral een doodsbange man. Een doodsbange jongen eigenlijk, die heel slecht een standvastige trainer acteerde. Ik denk dat Tim de Cler dat óók heeft gezien. Dat is hem uiteindelijk fataal geworden.
Mario Been had ogenschijnlijk professioneel gereageerd. Hij stelt het belang van Feyenoord voorop. Er was een wanprestatie geleverd en hij had gedaan wat hij móést doen: een onwillige speler de laan uitsturen.
Mario hoefde Tim nooit meer te zien. Dat was de buitenkant. Ik zag iets heel anders. Een doodsbange coach die ijskoud zijn heldenstatus in Rotterdam gebruikte en, in zijn ijver het eigen straatje schoon te vegen, over lijken ging.
Dat lijk was Tim de Cler. Het was een gênante vertoning, die persconferentie.
Ik vind Mario altijd net iets te trots glimmen als hij heel pedant, met rode wangen van opwinding, duidelijk uitlegt waarom hij boos is. Het ligt er allemaal net iets te dik bovenop. Trots zijn omdat je gewoon eerlijk antwoord geeft op een vraag, Mario is er een meester in.
Ik vond de verklaring van Mario Been amateuristisch en ongeloofwaardig. Het was vrij duidelijk wat hier aan de hand was. Been had net, in zijn Rotterdam, verloren van stadgenoot Excelsior. Dat is de ultieme vernedering. Been verloor ook nog eens met vreselijk lelijk voetbal. En híj was schuldig.
Mario Been heeft het nog steeds niet in zich zijn spelers zó neer te zetten dat ze een voorsprong kunnen verdedigen. Hij is het schoolvoorbeeld van de coach die de lekker joviale jongen uithangt als zijn team heeft gewonnen en vooroploopt om de felicitaties in ontvangst te nemen, maar als zijn ploeg heeft verloren, is iedereen schuldig behalve Been.
Het is oeroud coachen. Iedereen met een beetje ogen in zijn hoofd ziet dat Mario Been al jaren achter elkaar goedkope psychologische spelletjes speelt. De bekende gezamenlijke vijand creëren om 'iets los te maken in de groep'. Been hanteert die techniek veelvuldig.
Als Been een smadelijke nederlaag lijdt, zoekt hij opzichtig het conflict met een speler om de boel scherp te krijgen, maar toch vooral om een rookgordijn op te trekken. De discussie verplaatst zich opeens naar de falende, ongehoorzame voetballer en Been kan weer voor een paar weken de ongenaakbare clubman uithangen.
Been zei ook iets heel raars. Voetballers die zich belangrijker voelen dan het team, die kan Feyenoord niet gebruiken. Ik denk dat het omgekeerde waar is. Feyenoord snakt naar zo’n speler. Ze kunnen daar wel weer eens wat ongenaakbare klasse gebruiken.
Het zou juist zo goed zijn voor Feyenoord, als ze dit seizoen een talentvolle arrogante Braziliaan hadden gehad. Zo'n fijne, die niet komt opdagen bij de eerste training. Dát heeft Feyenoord nodig.
Iemand die eerst nog twee weken met zijn familie wat spareribs gaat staan roosteren op het strand, ergens in september eindelijk op het vliegtuig stapt en dan, volledig uit zijn positie lopend, met vier briljante voetbewegingen Feyenoord weer eens met wat brille en glans laat winnen.
Feyenoord heeft precies de verkeerde coach. Het is een denkfout Mario Been te zien als de ideale man voor Feyenoord. Ik ken de verhalen. Been is een Rotterdammer, hij kent de mentaliteit, hij weet wat de supporters willen et cetera.
Die hysterische vooroorlogse mantra in Rotterdam, dat je gewoon je mouwen moet opstropen, niet moet lullen en altijd vanuit het collectief moet voetballen; het vreet Feyenoord langzaam kapot.
Willem van Hanegem had overal schijt aan. Hij sloeg trainingen over of zat dan lekker in de auto en lachte coaches midden in hun gezicht uit, maar ze hebben het over 180 jaar nóg over hem. Een ster. Onvoorspelbaar. Een hekel aan autoriteit.
Mario Been zegt precies de verkeerde dingen en weigert zelf in de spiegel te kijken. Wat Tim de Cler deed, vind ik juist dapper. Weg met die eeuwige hand-in-hand-kameraden-mythe. De Cler vond dat hij het goed deed en waarschijnlijk durfde hij eindelijk door dat geforceerde coach-acteren van zijn trainer heen te prikken.
Feyenoord heeft dat soort spelers juist heel hard nodig. Robin van Persie had het in zich, maar is in Rotterdam kapotgegaan aan de Feyenoord-mentaliteit: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Feyenoord heeft vooral een andere coach nodig. Iemand die kan omgaan met genialiteit en durf. Niet iemand die zo populair mogelijk wil overkomen bij de supporters.